top of page

LA PALMA 2011


La Palma is een van de kleinere Canarische Eilanden. Hier vindt u geen massa-toerisme. Op dit vriendelijke en groene eiland kunt u nog genieten van de veelzijdige natuur en de rust.In zomer en winter een eiland ideaal voor zon- en wandelvakanties of om er even helemaal uit te zijn.

De invulling van deze reis heb ik volledig zelf gepland. Enkel de vlucht en de accomodatie heb ik geboekt via Neckermann.Voor deze reis heb ik een soort van dagboek gemaakt ook met de bedoeling om anderen eventueel te informeren over La Palma.

  • Dag 1: BRUSSEL - LA PALMA

Na onze verplichte tussenlanding op Lanzarote vliegen we na een uurtje verder naar La Palma. Vanuit het vliegtuig is al merkbaar dat het boven het eiland meer bewolkt is dan boven zee maar bij aankomst rond de middag maakt de temperatuur veel goed. Na nog geen 10 minuutjes rijden komen we aan bij Hotel Taburiente Playa in Los Cancajos (lees: ‘los kankachos’) prachtig gelegen aan de ruwe zwarte lavakust.

La Palma zelf heeft geen witte zandstranden maar onder andere in Los Cancajos is een perfect afgebakend zwart strand dat beschermd wordt door aangelegde golfbrekers. En wat ze zeggen over de oostkant van het eiland klopt wel degelijk en dat is dat hier toch wat meer bewolking voorkomt dan aan de westkant maar op zich kan dat de pret niet bederven.

In de vooravond probeer ik ook een reservatie te maken voor de 3 begeleide wandelingen die ik op voorhand had geboekt bij de reisagent en die ter plaatse worden uitgevoerd door Natour Trekking. Gelukkig bevindt het bureau van Natour zich schuin tegenover het hotel. Ik had op voorhand al wel min of meer beslist welke wandelingen ik wou doen en toevallig waren die de zondag, maandag en dinsdag en gingen ze ook van zwaar over middelmatig tot licht.

  • Dag 2: CALDERA DE TABURIENTE

Vandaag staat de eerste zware wandeling op het programma, de Caldera de Taburiente. Dit is de grootste erosiekrater ter wereld met een doorsnede van 8 kilometer en ‘muren’ van wel 2000m hoog. Eén van de routes in de Caldera de Taburiente, tevens een nationaal beschermd park, loopt van Los Brecitos naar Barranco de Los Angustias of Kloof der Angsten en is ongeveer 16 kilometer lang waarvan 100 meter stijgen en 850 meter dalen. Vanuit Los Cancajos rijden we naar het westen via de LP-3 door de oude Tunel de la Cumbre. Vanaf het Centro de Visitantes net voor El Paso stappen we over in een krachtiger busje. We rijden verder via Los Llanos de Aridane de ene bergflank naar beneden om vervolgens na het oversteken van de rivierbedding terug de andere bergflank op te rijden tot in Los Brecitos (LP-214). Wie op eigen houtje naar boven wil kan zijn auto parkeren aan de rivierbedding en een taxi nemen tot boven. Taxi’s staan hier meestal te wachten van ’s morgens tot een uur of één in de namiddag. Na het insmeren met zonnebrandolie en het uitschuiven van onze telescoop wandelstokken beginnen we onze wandeling. De eerste etappe loopt vanaf Los Brecitos naar de Zona de Acampada over zo'n 5,7 kilometer. De eerste twee uur lopen we over een tapijt van pijnboomnaalden door een aangenaam schaduwrijk bos. Bij het uitzichtpunt van Lomo de Tagasaste hebben we voor de eerste maal een goede blik in de enorme ketel. Tegen de middag bereiken we de Rio Taburiente in de bodem van de krater maar nog steeds op zo'n 750 meter boven de zeespiegel. Na dit vrij makkelijke deel van de wandeling stoppen we hier een halfuurtje voor een kleine lunch aan de Zona de Acampada. Je kan hier overnachten als je op voorhand een toelating hebt aangevraagd in het Centro de Visitantes in El Paso. Na het vullen van onze drinkflessen beginnen we onze tweede zwaardere etappe van ongeveer 7,7 kilometer. Na een steil stukje afdaling, “Reventon” genoemd, komt stilletjes aan Roque Idafé in zicht. We volgen de stroom totdat een tweede waterloop zich bij de eerste voegt. Deze plek heet om voor de hand liggende redenen Dos Aguas of Twee Wateren. Hier hebben we de Barranco de Las Angustias bereikt. Angsten hoeven we niet uit te staan, wel hebben we enige handigheid nodig, wanneer we met een wandelstok meerdere malen over de stenen in de rivierbedding balanceren. Door de erosie heeft het water hier indrukwekkende basaltformaties blootgelegd. Kussenlava in verschillende schakeringen, die miljoenen jaren geleden uit het binnenste van de aarde omhoog zijn gedrukt. Na een uur of 4 bereiken we eindelijk terug de parkeerplaats aan de rivierbedding. Eindelijk ja, want een halfuurtje voor het einde van de wandeling is er plots iets in mijn knie geschoten tijdens het afdalen maar met dragelijke pijn heb ik toch het einde gehaald. Na een tussenstop aan Balcon de Taburiente, een kleine bar met uitzicht op de kloof, rijden we terug richting Los Cancajos.

  • Dag 3: LAURIERBOS LOS TILOS

Vandaag staat een middelmatige wandeltocht op het programma naar het zogenaamde Sprookjesbos of laurierbos van Los Tilos, gelegen aan de noordoostkant van het eiland. Hier op een hoogte tussen 600 en 1200 meter worden de steile hellingen bevochtigd door een constante aanvoer van vochtige lucht, de passaatwolken. De ideale omstandigheden voor het ontstaan van een dicht en weelderig laurierbos. Het bos is van een indrukwekkende schoonheid en biedt wandelaars een indruk hoe de oerbossen er miljoenen jaren geleden uit hebben gezien. In dit gebied handhaven zich planten die op andere plaatsen al lang zijn uitgestorven. Lopend door deze flora hoort u overal vogels kwetteren, beekjes klateren en watervallen ruisen. We rijden hiervoor vanuit Los Cancajos via de LP-1 richting Santa Cruz en draaien aan de grote rotonde af naar links op de LP-20 richting Los Sauces – Barlovento. Deze weg voert ons door een aantal nieuwe tunnels langs Santa Cruz en komt verderop terug op de LP-1 richting Puntallana. Nadat we het stadje La Galga, met zijn San Bortolomé kerkje gepasseerd zijn, stoppen we net tussen de eerste en tweede tunnel. Aan de linkerkant staat hier een informatiehuisje. Van hieruit trekken we te voet het prachtige subtropische bos in. Dit gebied staat bekend als de Cubo de la Galga. Tegen de middag bereiken we Ermita de San Bortolomé waar we in het lokale café iets nuttigen en ons lunchpakket verorberen. Na de middag trekt de groep verder door een kloof richting Playa de Nogales. Spijtig genoeg moet ik forfait geven door de overbelasting van mijn knie. Samen met nog een paar opgevers brengt de buschauffeur ons naar San Andrés, een prachtig en rustig stadje iets verder naar het noorden. Daar doen we rustig een terrasje en na anderhalf uurtje halen we terug de rest van de groep op bij Playa de Nogales.

  • Dag 4: RUST

Aangezien de problemen met mijn knie het me gisteren al moeilijk maakten en ik toch zo goed als geen trappen kan doen lijkt het me wijselijk om mijn derde geboekte wandeling “Lava, wijn en tapas” te annuleren en een dagje rust in te bouwen in het hotel. Ietwat tegen mijn zin maar teveel rondwandelen verbiedt zichzelf. Gelukkig heb ik een laptop bij en heb ik draadloos internet dat zelfs tot in de kamer reikt. Het hotel Taburiente Playa is zeker de moeite waard om er te verblijven. Het ligt dan misschien aan de meestal minder zonnige kant van het eiland maar is zeker qua eten één van de betere. In welk hotel kan je 's morgens gratis een fles cava openen of zelfs een Bloody Mary maken met vodka, tomatensap en wat kaviaar. Omeletjes worden vers voor je neus bereidt net als verse vruchtensapjes. Een overvloed aan keuze van zowel warm als koud ontbijt.

  • Dag 5: PER AUTO NAAR HET ZUIDEN EN WESTEN

Vandaag vertrek ik zoals gepland met een huurauto die ik twee dagen eerder had geboekt richting zuiden via de LP-2. Na zowat een halfuurtje klimmen en vooral slalommen in alle bochten kom ik aan in Los Canarios of Fuencaliente zoals het nu genoemd wordt. Vanop de grote weg staat een bord die de weg aangeeft naar de San Antonio vulkaan en het bezoekerscentrum (LP-209). Na het betalen van €3,50 ingang kan je in het bezoekerscentrum wat te weten komen over de vulkanen op La Palma maar interessanter is, dat je in nog geen 5 minuutjes wandelen op de rand van de San Antonio vulkaan staat die voor het laatst is uitgebarsten in 1949. Volgens de boekjes kan het hier hard waaien, maar dan heb ik toch wel geluk. Misschien heeft het vroege uur er iets mee te maken want er loopt hier geen kat rond. Van op het hoogste punt van de vulkaanrand op 657 meter heb je een prachtig uitzicht op een desolaat landschap. Dit is ook wel in geologische termen het jongste gedeelte van het eiland. Recht voor je neus rijst ook de vulkaan Teneguia naar boven die voor het laatst lava heeft gespuwd in 1971, de jongste uitbarsting in de recente geschiedenis. Vanaf het bezoekerscentrum kan je te voet de San Antonio vulkaan naar beneden om zo naar de Teneguia te wandelen. Volgens de gids in het bezoekerscentrum kan je er ook met de auto geraken en dus verlaat ik met een plannetje het bezoekerscentrum en neem de LP-209 verder naar beneden tot ik op een splitsing kom naar een onverharde weg waarop LP-2091 Teneguia Volcano staat. Na enige twijfel besluit ik toch maar deze weg te volgen al moet ik zeggen dat niet iedereen hier zal willen rijden met de auto. Ik probeer dichter te geraken maar beslis toch maar na het nemen van enkele foto’s niet tot aan de voet van de vulkaan te rijden. Ik ben hier blijkbaar weeral volledig alleen en wil niet vast komen te zitten in het losse lavazand. Achteraf is gebleken dat het toch wel te doen was om de vulkaan te beklimmen. Ik rij terug naar de LP-209 en zet de daling verder in langs de westkant van het eiland. Op een bepaald moment beland ik volop in de bananenplantages en eenmaal zo goed als beneden draai ik op de splitsing waar de weg overgaat in de LP-207 af naar rechts want volgens de boekjes bevindt zich daar het romantische Playa Zamora. Na een tijdje rijden langs de kust (lees: bananenplantages) kom ik een bord tegen met uitleg over een marinereservaat en ik bevindt me volgens dat bord in Punta del Banco, het volledige einde van deze weg. Maar waar is Playa Zamora dan? Bij het terugkeren kom ik dan toch een bordje tegen van een kiosk (of bar) dat Kiosk Zamora heet. Ik rijd hier naar beneden, vind een barakje waar je iets kan drinken en een troosteloze trap naar beneden naar een troosteloos strandje waar geen kat rondloopt, weeral niet. De kruisjes die je langs de trap naar beneden ziet staan voorspellen ook al niet veel goeds en ik rep me snel uit te voeten. Misschien heeft het vroege uur er weeral mee te maken of zat de zon nog niet langs deze kant van het eiland of was het juist vloed...Ik keer terug tot aan de splitsing en rij verder langs de kust richting zuiden via de LP-207 volop door de bananenplantages en vulkanische landschappen. Hier bevinden zich ook de luxe resorts La Palma Princess en Teneguia Princess. Wie hier verblijft zit vol in de bananenplantages en kan niet zonder huurauto als je ergens wil geraken. Na een paar kilometer kom ik uiteindelijk aan het meest zuidelijke tipje van La Palma en zie ik de oude en de nieuwe vuurtoren naast elkaar staan blinken. Zeker het bezoeken waard zijn de zoutpannen naast de vuurtorens waar nog op ambachtelijke wijze zout gewonnen wordt via zoutpannen waaruit het water verdampt en het zout achterblijft. Vlak aan het water staat er een soort van frietkot waar je lekkere vis of kroketten kan eten, en ik kan het weten. Vreemd genoeg hoorde ik nederlandstalige schlagers van achter het gasfornuis. De vrouw bleek een aardig mondje Nederlands te kunnen. Ondertussen is het al na één uur en ik besluit verder te trekken. De bedoeling was om via de oostkant terug naar Fuencaliente te rijden maar die weg naar boven was afgesloten en ik moest dus dezelfde weg terug. Wanneer ik Fuencaliente verlaat richting noordwesten via de LP-2 kom ik na enkele kilometer nog de Mirador de las Indias tegen van waaruit je een prachtig zicht heb op Las Nieves en de zuidwestflank. Het volgend plan is om de haven van Tazacorte te bezoeken. Daarvoor rij ik verder via de LP-2 naar Las Manchas, neem daar de LP-211 naar Todoque, de LP-213 tot in La Laguna, dan de LP-215 tot in Tazacorte. Als je van hieruit richting El Puerto volgt, kom je in de haven van Tazacorte. Die ligt ingesloten door de enorme wanden van de uitloper van de Barranco de las Angustias die in de Caldera de Taburiente ontspringt. De haven is echt wel het bezoeken waard. Er staan restaurantjes met prachtige kleuren en de baai is met een kunstmatige dam afgeschermd van de sterke oceaan. Het kan er heet zijn en vooral je blote voeten krijgen het te verduren op het hete zwarte zand. Na een verplichte frisse duik in de Atlantische Oceaan en een fris pintje op één van de leuke terrasjes besluit ik toch nog rond een uur of drie in de namiddag verder te rijden naar Puerto Naos. Vanuit de haven van Tazacorte rij ik daarvoor terug tot in Tazacorte centrum via de LP-2, neem een stukje de LP-215 en dan binnendoor via de LP-2132 en vervolgens de LP-213 tot in Puerto Naos.Dit voormalige oude vissersdorp is nu één van de belangrijkste toeristische plaatsen van La Palma waar zich ook het ietwat te groot uitgevallen hotel Sol La Palma bevindt. Dit was één van de hotels die ik in gedachten had toen ik besloot naar La Palma te komen maar uit vele internetrecensies kwam ik te weten dat dit hotel qua maaltijden de wensen overlaat en andere Neckermann toeristen die ik deze week al ontmoette tijdens de wandelingen kunnen dit alleen maar bevestigen. Na een klein uiltje op het strand en een ijsje besluit ik rond een uur of 6 ’s avonds stilletjes aan terug te rijden richting Los Cancajos en dat doe je beter niet via de lange zuiderroute die ik deze morgen nam. In plaats daarvan rij ik vanuit Puerto Naos via de LP-213 richting Los Llanos de Aridane, dan een stukje de LP-2 en via de LP-3 richting El Paso. De hoofdstad Santa Cruz of Aeropuerto (luchthaven) staat ook al snel aangeduid dus als je dit volgt kom je wel terecht. Eens El Paso gepasseerd kan je via een nieuwe lange tunnel door de Cumbre Nueva bergen naar de oostkant van het eiland. Dit is een moderne tweevakstunnel maar wanneer je vanuit het oosten naar het westen rijd moet je een andere weg volgen en via de kortere oude tunnel.

  • Dag 6: PER AUTO RICHTING NOORDWESTEN

Vandaag vertrek ik terug richting westen opnieuw via de LP-3 en doe eerst een fotostop aan de Mirador de la Concepcion nabij Buenavista vanwaar je prachtig zicht hebt op Santa Cruz. Iets verder voorbij het eerste tankstation op de LP-3 kom je verschillende kleine viaductjes tegen. Als je de twee viaduct afslaat naar rechts – kenmerkend door zijn roestijzeren constructie- dan kun je aan het volgend rond punt terug rechts afslaan naar dit uitzichtpunt wat eigenlijk een oude kraterrand is. Maar het had beter geweest hier in de late namiddag langs te komen wanneer de zon iets meer achter je staat (als je fotoliefhebber bent natuurlijk). Nadat ik verder naar het westen rij moet ik terug de bergen onderdoor via de oude tunnel met hobbelig wegdek en druipende plafonds en enkele kilometer na de tunnel kom ik aan het Centro de Visitantes of bezoekerscentrum van de Caldera de Taburiente net voor de stad El Paso. In dit centrum vind je uitleg over het ontstaan van de caldera in de vorm van expositie en film. Bedoeling is om van hieruit naar het uitzichtpunt La Cumbrecita te rijden van waaruit je een prachtig uitzicht zou hebben op de volledige noordrand van de krater. Maar onlangs heeft de lokale overheid beslist dat wanneer je naar boven wilt via de LP-302 tot aan de parking, je dit op voorhand moet reserveren via internet (www.reservasparquesnacionales.es) omdat het op de parking altijd een rommeltje was. Volgens de gids is de parking bezet tot na de middag maar als je vroeg genoeg bij het centrum aankomt dan maak je buiten het hoogseizoen nog wel kans om boven te geraken. Tweede optie is om je met een taxi naar boven te laten brengen voor een euro of 7 en na 16 uur zou de parking zelfs niet meer gecontroleerd worden. Na enige twijfel besluit ik toch om verder te rijden en mijn planning wat aan te passen.Ik hou nog even halt in El Paso maar daar kan me niet echt iets bekoren. Van hieruit rij ik dan maar verder via de LP-3 en LP-2 richting Los Llanos de Aridane (lees: los janos)Ik besluit een stukje van de noordrand van het eiland te bekijken en daarvoor moet ik door het Aridane dal dat eigenlijk ook de uitloper van de Kloof der Angsten is en uitmondt in de haven van Tazacorte. Dus als je hier naar het noorden wil ben je verplicht het dal naar beneden te rijden en terug aan de andere kant naar boven en dat betekent draaien en keren, stijgen en dalen. Eénmaal boven is er nog een uitzichtpunt of Mirador El Time dat uitkijkt over de Aridane vallei en Los Llanos.In mijn reisgids vind ik niet onmiddellijk een leuke bezienswaardigheid maar rij toch door richting noorden tot aan de Mirador de Garome. Aan de kilometerpaaltjes langs de kant van de weg merk ik dat ik ongeveer aan paaltje 86km zit en dalende. Nu valt mijn frank en na het bekijken van mijn kaart met kronkelende wegen vermoed ik dat dat de afstand nog is tot aan Santa Cruz aan de andere kant van het eiland. Ik ben het draaien en keren nu al moe en besluit hier iets in de buurt te zoeken dat de moeite waard is om mijn dag nog te vullen. Nadat ik eventjes in mijn gids had gekeken viel er mij iets op bij het hoofdstukje over Tijarafe, namelijk Poris de Candelaria, ofwel de 'piratenbaai'. Ik had hier op internet ook al iets over gelezen maar had toen besloten dat ik natuurlijk niet alles kon bezoeken. Maar nu ik toch mijn planning van de dag aan het aanpassen was en ik me toch in de buurt van Tijarafe bevond leek me dat wel iets om eens uit te zoeken.Het zou gaan over een inham in zee waar rotsen een natuurlijk plafond vormen en waaronder huisjes zijn gebouwd.Na het meermaals lezen van de routebeschrijving uit mijn gids, het heen en weer rijden en het uiteindelijk gebruiken van mijn beste 'espanol', vind ik de weg die naar deze plaats zou moeten leiden. Je moet eigenlijk op de LP-1 als je in het centrum van Tijarafe komt net voor een korte bocht naar rechts, links afslaan (net naast de supermarkt). Dit is ook de weg naar het kantoor van de guardia civil zo'n 50 meter verder. Maar vergis je niet... net na dit kantoor kom je op een smalle maar verschrikkelijk steile weg terecht.Ik rij uiteindelijk aan een 20km/u naar beneden en laat de auto in eerste versnelling staan. Ga hier niet beginnen ontkoppelen want dan moet je je remmen teveel belasten. Ik stop een paar keer om toch eens de weg verder te gaan bekijken en besluit toch verder af te dalen. Op een bepaald moment zie ik enkel de Atlantische Oceaan een paar honderd meter dieper recht voor mijn neus, zo schuin staat de auto. De weg gaat zo nog eventjes door aan 20 km/u en passeert zelfs door een bananenplantage. Op een bepaald moment zie ik bij een vlak stukje enkele auto's staan en besluit eventjes te stoppen en rond te kijken. Op dat moment kom ik van ongeveer 650 meter in Tijarafe naar de ongeveer 200 meter waar ik nu sta. Niet voor watjes of onervaren chauffeurs!!! Ik zie dat de weg vanaf hier nog verder loopt in een soort van breed gegoten betonnen wegdek in plaats van asfalt. Vermoedelijk kan ik dus nog verder met de auto dalen maar de weg lijkt me nog steiler te worden en ik begin me af te vragen of ik hier nog wel naar boven zal geraken. Ik besluit vanaf hier verder te voet te gaan. Onderweg kom ik nog een soort van uitzichtpunt tegen waar vier leuke spaanse jonge dames onder een zonnetentje vol ongeduld de oceaan afspeuren met verrekijkers, telelenzen en ander professionele apparatuur. Ze blijken op de uitkijk te staan voor walvissen maar hebben vandaag nog geen succes. Uiteindelijk kom ik aan het einde van de berijdbare weg en zie hier nog enkele auto's staan. Had ik dat maar geweten! Nu is het nog eventjes langs de kliffen te voet en na een tiental minuutjes kom ik achter een bocht en zie plots de inham op zeeniveau met de huisjes... Schitterend om te zien! Ik zie enkel een koppeltje dat zich klaarmaakt om het ruime sop in te gaan maar voor de rest... weeral geen kat! Ik loop verder langs de huisjes in de koele inham en besluit toch maar eventjes de voetjes af te koelen. Zwemmen zie ik niet echt zitten omdat de golven nogal vrij hard slaan. De huisjes op zich, die trouwens niet echt meer bewoond zijn, stellen op zich niet zoveel voor maar de locatie is onwaarschijnlijk. Toch zie ik een waterleiding en lampen hangen en de sporen van recente barbecues. Dit moet schitterend zijn wanneer het donker is. Na een halfuurtje besluit ik terug te keren en de beklimming naar de auto is heel zwaar. In deze afgelegen kloof is het immers vrij heet. Gelukkig heb ik voldoende water bij mij. Dit geldt trouwens gelijk waar op La Palma: ga nooit op pad zonder stevige schoenen en zorg dat je altijd voldoende water en wat te eten bij hebt, je weet nooit waar je komt... tenzij je een “zwembadligger” bent natuurlijk. Na wat te zijn bekomen besluit ik de beklimming te beginnen met de auto en dat valt eigenlijk vrij goed mee. Gewoon in eerste versnelling, een klein beetje gas en laat de auto maar trekken al zie je niet altijd waar je naartoe gaat want de auto staat nu zo schuin dat ik enkel de blauwe lucht boven mij zie. Na al dat rijden besluit ik maar terug te keren naar Los Cancajos maar daarvoor moet ik natuurlijk weer het Aridane dal in en uit... pfff

Maar goed, de dag begon ietsje minder maar uiteindelijk is dit een schitterende dag geworden.

  • Dag 7: ROQUE DE LOS MUCHACHOS

Laatste volledige dag op La Palma en wat ik nog niet bezocht heb mag zeker niet ontbreken. Iets na 8 uur in de morgen vertrek ik richting Roque de Los Muchachos, met zijn 2426 meter het hoogste punt van La Palma en tevens de kraterrand van de Taburiente. Om daar te geraken neem ik vanaf Los Cancajos de LP-1 richting Santa Cruz. Aan het eerste grote ronde punt neem ik dan deLP-20 richting Los Sauces en Barlovento en rij ik door een vijftal nieuwe tunnels. Enkele kilometers verder gaat de weg terug over in de LP-1 en na nog een paar kilometer sla je links af bij het bord Observatorio Astrofisico, Roque de Los Muchachos. Vanaf hier begint de LP-4 en dit is de volledige weg tot boven. Onderschat deze weg van 36 km niet want het heeft me ongeveer anderhalfuur van draaien en keren gekost om boven te geraken, mits de nodige fotostops. Maar het foto’s nemen stel je best uit tot wanneer je boven de boomgrens komt. Ik heb geluk, de Atlantische Oceaan is volledig bedekt met wolken en het zicht is prachtig wanneer ik langs de achterzijde van de Taburiente naar boven rij en zelfs de Teide vulkaan op het naburige Tenerife door de wolken zie priemen.Vanaf het eerste uitzichtpunt Mirador de los Andenes heb je een prachtig zicht op de Caldera de Taburiente. De grote “ketel” is prachtig gevuld met wolken en in de verte zie je ook de wolken over de Cumbre Nueva rollen. Iets verder langs de weg zie je op een bepaald ogenblik ook het ene na het andere telescoopgebouw opdoemen totdat je aankomt aan het Observatorio Astrofisico. Sla hier links af en klim nog een stukje verder voorbij de telescopen totdat je het hoogste punt Roque de Los Muchachos bereikt. Hier is een kleine parking en je hebt er schitterend uitzicht op de caldera, alle telescopen en zelfs op het naburige Tenerife. Door zijn uitstekende ligging is hier het grootste observatorium van het noordelijk halfrond gevestigd. Er staan ruimtetelescopen met spiegels van meer dan 10 meter doorsnede die meestal 's nachts functioneren maar ook zonnetelescopen en apparatuur voor het meten van kosmische straling. De Mercator telescoop is een project van de Universiteit van Leuven samen met die van Genève, Zwitserland. Er is jammer genoeg geen bezoekerscentrum maar volgens de website zou je een bezoek kunnen reserveren en als er dan op die dag een groep van 15 personen kan gevormd worden, zou je enkele telescopen kunnen bezoeken (www.iac.es) Op de kleine parking staat een informatiehuisje waar je terecht kan voor foldertjes over de mogelijke wandelingen in het nationale park. Net voorbij het huisje staan enkele broze stenen naast elkaar afgeschermd van de bezoekers. Dit zijn de hoogste rotsen van het eiland. Je kan langs deze rotsen lopen verder op de kraterrand tot aan een doodlopend uitzichtpunt van waaruit je nogmaals schitterend zicht hebt op de krater. Ik keer terug naar de parking en het informatiehuisje en besluit hier de wandeling aan te vatten naar de Mirador de Los Andenes die ik zonet met de auto gepasseerd ben. Dit is een wandeling van zo'n 6km heen en terug over de kraterrand en volgt eigenlijk de GR131 wandelroute (www.senderosdelapalma.com). Na een uurtje stappen heb ik een aantal telescopen van dichtbij gezien net als de caldera en besluit toch niet de volledige wandeling te doen en terug te keren naar de parking. In plaats daarvan beslis ik terug richting Santa Cruz te rijden want het is de laatste kans om daar nog eens te gaan rondsnuffelen. In iets meer dan een uur rij ik terug 36 kilometer de berg af. Rond een uur of twee in de namiddag kom ik aan in de hoofdstad maar dit blijkt niet het meest goede moment te zijn. Om twee uur sluiten bijna alle winkeltjes en is er geen kat op straat, wel in de verschillende bars. Ik loop met mijn reisgids in de hand een beetje doelloos rond, stadsbezoeken zijn eigenlijk niet zozeer aan mij besteed. Na een verdroogde viskroket te hebben binnengepeeld besluit ik om toch nog van de laatste uurtjes zonneschijn te gaan genieten, ik rij terug richting hotel, neem mijn strandgerief en ga op het zwarte zand van Los Cancajos nog eventjes rusten en zwemmen...

  • Dag 8: LA PALMA - BRUSSEL

*****************************************************************************

Klik hier voor het fotoverslag van mijn reis.

Klik hier voor de GPS route.

*****************************************************************************

bottom of page